Helpen bij persoonlijke verzorging

Hoe wast, kleedt en verzorgt u de ander?
Hoe werkt de dagelijkse verzorging van uw naaste? Wat zijn daarin uw taken en waaraan moet u denken? De belangrijkste aspecten van de persoonlijke verzorging.

Aan- en uitkleden

  • Zorg dat de kamer van tevoren opgewarmd is.
  • Laat de ander zitten.
  • Begin bovenaan en werk naar beneden. Dus eerst shirt of hemd, daarna broek of rok en als laatste sokken en schoenen.
  • Sokken en schoenen aan- en uitdoen: leg een kussentje onder de kuit van de ander. Zo kunt u er beter bij. Rol de sok op voordat u hem aandoet of uittrekt. Let op dat de naden goed zitten.

Wassen

  • Minimaal één keer per dag.
  • Laat de ander van tevoren naar de wc gaan.
  • Zorg dat de badkamer of de ruimte waarin u de ander wast, voorverwarmd is.
  • Wast u de ander in bed, leg dan een handdoek op het matras.
  • Was eerst zijn/haar gezicht, dan borst, armen, rug en onderlichaam.
  • Overleg over het wassen van intieme delen en maak hierover afspraken met de ander.
  • Doet het wassen pijn? Schakel dan de wijkverpleegkundige in.
  • Let op afwijkende plekken op de huid. Merkt u die op, neem contact op met een arts.
  • Was het haar van de ander regelmatig. Houd rekening met wensen van uw naaste. Gebruik shampoo die niet in de ogen prikt en droog het haar goed af.
  • Denk eraan regelmatig de nagels te knippen en vijlen.
  • De ander scheren gaat het makkelijkst met een scheerapparaat.

Heeft u moeite met de ander wassen? Of voelt uw naaste zich er niet prettig bij? Maak goede afspraken. U bent niets verplicht. Schakel als het nodig is een wijkverpleegkundige in.

Gebit verzorgen

  • Poets de tanden 2 of 3 keer per dag na het eten.
  • Zorg ervoor dat de ander rechtop zit.
  • Begin bij de bovenkant van de kiezen. Poets daarna de buiten- en binnenkant van de kiezen. Eindig met de voortanden.
  • Laat de ander tussendoor spoelen.
  • Gebruik een elektrische tandenborstel.
  • Let op dat u voorzichtig flost.
  • Heeft de ander een kunstgebit? Poets dat op dezelfde manier.

Bril, contactlenzen en gehoorapparaat

  • Maak een bril regelmatig schoon met lauw water of schoonmaakmiddel. Houd rekening met wensen van uw naaste.
  • Maak contactlenzen elke dag schoon. Vraag uw opticien hoe dit moet of lees een instructie op de website van samenwerkende oogcentra.
  • Zachte lenzen in- en uitdoen doet u met een zuignapje. Gebruik bij harde lenzen uw vingertop.
  • Maak een gehoorapparaat drie of vier keer per week schoon. Controleer daarna of het apparaat goed werkt. Af en toe moet u de batterijen vervangen. De meeste apparaten geven dit aan met een piepje.

Oren en ogen druppelen

  • Oordruppels geven gaat het beste als de ander op de zij ligt en het hoofd schuin houdt.
  • Laat de ander liggen als u oogdruppels geeft. Gebruik een hulpmiddel. Dat kunt u kopen bij de apotheker.

Uw persoonlijke hygiëne is belangrijk als u een ander verzorgt. Zorg voor schone handen en korte nagels. Draag geen sieraden. Heeft u lang haar, maak het dan vast.


Chatten


Chat met onze
ledenadviseur

Chat offline


Mail met onze
ledenadviseur