Micro-organismen zijn met het blote oog niet te zien. Maar ze zitten overal: in je lichaam, in dieren, in het water én in voedsel. Voorbeelden zijn gist, bacteriën en schimmels. Soms bederven ze ons voedsel. Maar vaak zijn ze nodig om voedsel langer houdbaar te maken.
5 technieken om voedsel langer houdbaar te maken
Fermenteren
Zuurkool, yoghurt, olijven en kaas, allemaal voorbeelden van gefermenteerd eten. Gist, bacteriën en schimmels zetten stofjes in het eten om waardoor de zuurgraad verandert. Dit heet fermenteren. Geur, kleur en smaak kunnen veranderen, maar het zorgt er ook voor dat voedsel langer houdbaar blijft.
Roken
Door eten te roken wordt het droger en langer houdbaar. Roken kan op twee manieren, koud en warm. Koud duurt langer en gebeurt bij een temperatuur onder de 25 graden. Warm roken gebeurt onder hogere temperaturen. Bij de warme variant krijgt het eten niet alleen een rooksmaak, maar wordt het ook gegaard. Voorbeelden van gerookt voedsel: diverse vissoorten (paling en makreel) en vleeswaren. Roken kan voedsel ook een rooksmaak geven, zoals bij whisky en thee.
Drogen
Heb je beschuiten of crackers in de voorraadkast? Voorbeelden van gedroogd eten. Drogen haalt het vocht uit voedsel. Zonder vocht kunnen micro-organismen niet bestaan. Door de droogtechniek bederft eten niet en kun je het langer bewaren. Pruimen, vijgen, abrikozen en tomaten zijn ook voorbeelden van gedroogd voedsel.
Wecken
Je grootouders of overgrootouders hadden waarschijnlijk weckpotten vol groente en fruit in de kelder. Bij wecken wordt eten in een glazen pot verhit. De lucht verdwijnt, waardoor micro-organismen geen kans meer hebben. Die gaan dood. Als het eten is afgekoeld bevat de pot weinig zuurstof, waardoor het eten langer houdbaar is. Zelf wecken? Leuk! Volg wel goed het recept en de richtlijnen voor hygiëne. Anders loop je kans op besmetting met de bacterie Clostridium botulinum, en dat kan voedselvergiftiging veroorzaken.
Verhitten
Gepasteuriseerde en gesteriliseerde melk. Je hebt het vast weleens in huis. Het zijn voorbeelden van verhit voedsel. Pasteuriseren gebeurt kort bij 72 graden, zoals bij vruchtensappen en melk. Steriliseren is het verhitten bij meer dan 100 graden, waardoor voedsel nog langer houdbaar is. Nadeel van steriliseren is wel dat smaak kan veranderen en voedingsstoffen verloren kunnen gaan.