Hoe loods je je kind door de onrustige decemberperiode?

Een kind krijgt in de decembermaand doorgaans net wat meer prikkels dan in de rest van het jaar. Ingeborg Bosma, orthopedagoge bij Icare, ziet in haar werk dat kinderen hierdoor wel eens minder goed slapen, wat drukker zijn dan normaal of soms wat sneller boos of verdrietig zijn. Een kleinere groep kinderen trekt zich juist terug, wordt stiller of is angstig.

Gezien de periode van het jaar, is het niet per se gedrag om je zorgen over te maken. Voor een ouder of verzorger kan het wel vervelend zijn. Rust creëren helpt dan. Ingeborg geeft tips hoe je dat doet.

1. Zorg dat je zelf rustig bent
   Als jij kalm bent, kan je meer hebben en heb je een positief effect op je kind. Je blijft zelf rustig door je goed en op tijd voor te bereiden op de feestmaand. Koop bijvoorbeeld ruim op tijd cadeautjes, verzet het vieren van een verjaardag naar januari of februari en zeg alleen ‘ja’ tegen dingen waarvan jij het idee hebt dat ze nu passen voor jou en je kind.
    
2. Organiseer je eigen ventiel
   Zorg dat je op tijd je eigen stress herkent. Merk je dat je een kort lontje krijgt en dat bepaald gedrag onder je huid kruipt? Schakel een hulplijn in. Praat met je partner, bel een vriend of vriendin, loop even naar de buren en ventileer. Dit kan je helpen om het drukke of huilerige gedrag van je kind weer te zien in de juiste context. Zorg dat je je ei kwijt kan bij iemand, blaas stoom af en weer door. 
    
3. Geef duidelijkheid
   Vertel je kind wat er staat de gebeuren, als hij of zij daar behoefte aan heeft. Zo neem je mogelijk een hoop onrust weg. Je vraagt de leerkracht bijvoorbeeld het programma van het sinterklaasbezoek exact met je te delen, zodat je je kind goed kunt voorbereiden.

   Schroom niet om op een dergelijke manier je kind te helpen.

4. Benoem wat je ziet
   Je helpt je kind ook door duidelijkheid te geven over wat er in je kind omgaat. Benoem wat je ziet aan bijvoorbeeld spanning of onrust. Zeg bijvoorbeeld: 'Klopt het dat je het allemaal een beetje spannend vindt?' of ‘Je bent onrustig, het is ook wel een leuke tijd hè?'. Daardoor merkt je kind dat je als ouder begrijpt waar zijn gedrag vandaan komt, en help je je kind zichzelf ook beter te begrijpen. De spanning of onrust kan zo wat afnemen.

5. Kijk wat bij je kind past
   Leeft je kind net wat te fanatiek mee met het sinterklaasjournaal en maakt het zich zorgen of de sleutel van de pakjeskamer echt wel op tijd wordt terug gevonden? Overweeg voortaan samen te kijken of op een ander moment, wat verder af van bedtijd. 
    
6. Wees creatief in je leugentjes
   Vind je kind het eng dat Sint en pieten in huis komen? Vertel dan bijvoorbeeld dat je geappt hebt met Sinterklaas en dat jullie hebben afgesproken dat jullie cadeautjes gewoon door de schoorsteen komen. 
    
7. Maak je niet direct zorgen over het gedrag van je kind
   Realiseer je dat het een drukke maand is en dat je kind veel spanning voelt en indrukken krijgt. Blijft het afwijkende gedrag aanhouden na de grootste drukte? Ga dan op onderzoek uit wat er aan de hand kan zijn en hoe je je kind helpt. 

Maak je je zorgen? Via de ledenvereniging kun je mogelijk gebruikmaken van maximaal drie gratis gesprekken van een uur met een opvoedingsondersteuner van Icare.