In slaap leren vallen
De meest voorkomende vragen die Ingeborg Bosma krijgt, gaan over kinderen die moeilijk zelf in slaap komen. Gelukkig kun je je kind helpen om dat te leren. ‘Voor kinderen zijn regelmaat en voorspelbaarheid fijn. Een vast ritme, iedere dag rond dezelfde tijd naar bed. Ook een bedritueel helpt, een routine om de dag af te sluiten. Zo weten ze waar ze aan toe zijn.’
Nieuwe routine
Op vakantie is het soms moeilijk om die routine vast te houden. ‘Stel je erop in dat de verandering van plek en routine invloed kan hebben op het slaapritme van je kind. En accepteer dat je kind soms pas om acht uur slaapt, in plaats van om zeven uur. Want als jij daarover gaat stressen, voelt je kind die spanning direct. Dat maakt rustig in slaap vallen moeilijker.’
Probeer net als thuis voor een zo stressvrij mogelijk bedritueel te zorgen, en geef je kind het vertrouwen dat je dichtbij bent. ‘Vertel bijvoorbeeld dat je zo nog even komt kijken, als je kind lekker gaat liggen. Doe dat de eerste keer al snel, bijvoorbeeld na twee minuten. Dan zeg je: “Wat goed, dat je zo lekker ligt. Ga maar slapen. Ik kom zo nog een keertje bij je.” Opnieuw doe je dat ook echt, net zo lang tot je kind slaapt. Zo stel je je kind gerust, zonder dat je er de hele tijd bij hoeft te zijn.’
Samen verwerken
Op een vakantiedag krijgt je kind veel prikkels te verwerken. Sommige kinderen vallen daardoor extra goed in slaap. Voor andere kinderen helpt het om samen nog even de dag door te nemen. ‘Vertel hoe de dag was. Sta stil bij de indrukken waarvan je hebt gezien dat ze voor je kind minder prettig waren, of juist fijn: “Weet je nog, vandaag reden we best ver met de auto. We gingen naar een berg en daar aten we een ijsje. Jij ging van de glijbaan. Dat vond je erg spannend, maar je hebt het wel gedaan.” Zo help je je kind om te verwerken wat er die dag gebeurd is.’
Slapen in de hitte
In de zomer zijn de temperaturen hoger. Daardoor slapen we allemaal, kinderen en volwassenen, wat minder goed. Ook dit kun je het best gewoon accepteren. Verder help je je kind door even de temperatuur in de kamer te voelen en te kijken of je nog wat meer kunt verkoelen of ventileren. Of laat je kind een verdieping lager slapen, als het daar koeler is. ‘Kijk bij het slapengaan goed naar je kind. Voel bij de kleinsten even aan het hoofd, of de pols, of het niet te warm is. Is je kind wat ouder, en is het onrustig bij zomerse temperaturen, weet dan dat dat door de warmte kan komen. Kinderen leggen die link zelf niet altijd.’
Goed kijken, geen stress
Warmte en een vreemde omgeving maken het voor kinderen soms moeilijk om in slaap komen. Je helpt ze door het zelf vooral niet te moeilijk te maken. Heb zelf zo min mogelijk
stress, en straal zo veel mogelijk vertrouwen en nabijheid uit. Kijk goed naar wat jouw kind nodig heeft, en neem de tijd. Dat geeft jezelf ook rust. En daar gaat vakantie toch om?